maandag 14 juli 2014

Verbazing en frustratie

Vanwege mijn interesse in de maag-, darm- en leverziekten zal ik het grootste gedeelte van dit coschap doorbrengen bij de abdomen (buik) chirurgie. Omdat scopien hier door chirurgen uitgevoerd worden vallen deze hier ook onder. Maandag, woensdag en vrijdag breng ik door op de verpleegafdeling en krijg ik de gelegenheid om mee te kijken met scopien. Op dinsdag en donderdag heeft de abdomen chirurgie de OK’s en moet ik daar aanwezig zijn. 

De verpleegafdeling waar ik ben ingedeeld telt vijf kamers met ieder drie bedden. Ik dacht dat we in Nederland met veel witte jassen waren tijdens de grote visite, hier is het nog erger. Een stuk of acht chirurgen, een arts-assistant, zes verpleegkundigen en sinds vandaag een co-assistent. De chirurg die de operatie gedaan heeft is diegene die tijdens de visite met de patient praat. De arts-assistant leest de feiten op en schrijft op wat de chirurg zegt. Na de grote visite kunnen we aan de slag. De verpleegkundige en de arts-assistent gaan langs de bedden om de wonden te verzorgen en drains, sondes, catheters en hechtingen te verwijderen. Tijdens deze ronde val ik van de ene in de andere verbazing. Van gordijnen hebben ze hier nog nooit gehoord en terwijl wij bij de ene patient bezig zijn een drain te verwijderen is een van de chirurgen aan het wroeten in het pas aangelegde stoma van een andere patient die hierbij alles bij elkaar krijst. Ook ik krijg gelijk de kans om wat hechtingen door te snijden en een drain te verwijderen. Hierna is het tijd voor opnames en ontelbaar veel operatieverslagen en brieven. Kosovo heeft veel priveklinieken en dit levert hier extra werk op, omdat sommige patienten er voor kiezen om daar geopereerd te worden. Deze patienten moeten een brief mee krijgen om uit te leggen wat de diagnose is en wat hier met de patient gebeurd is. Als het werk op de afdeling klaar is gaan de artsen hier naar huis. Op de afdeling waar ik nu loop is dit meestal tussen 13.00 en 14.00. Een van de chirurgen blijft telefonisch beschikbaar voor de verpleegkundigen.

De meeste chirurgen hier spreken redelijk tot goed Engels. Maar de arts-assistant met wie ik vandaag heb gewerkt spreekt nauwelijks Engels en de verpleegkundigen helemaal niet. Ondanks de schriftelijke zelfstudie cursus Albanees is het verstaan nog erg lastig, met name omdat ze hier veel slang language gebruiken en dat natuurlijk niet in een boek te vinden is. Gelukkig hebben we handen en voeten en meestal komen we er samen wel uit. Ook gebruiken ze hier net als in Nederland de Latijnse medische terminologie, dus kwa medische zaken kan ik goed volgen. Ook het lezen van Albanees gaat me redelijk af. Ondanks dat voelde ik me vandaag toch behoorlijk opgelaten, omdat ik af en toe echt niet begreep wat ze tegen me zeiden. Daarom kan ik absoluut niet begrijpen dat er zoveel mensen in Nederland wonen die amper een woord Nederlands spreken, terwijl ze meestal al jaren in Nederland zijn. Ik wil niets liever dan begrijpen wat ze tegen me zeggen en iets terug kunnen zeggen wat zij begrijpen. Voor mij is dat genoeg motivatie om nog harder aan de slag te gaan om te taal te leren. En gelukkig heb ik hier een paar goede docenten die me willen helpen.

Iedereen heeft hier zijn eigen kleding, zowel voor op de afdeling als op de OK, maar er zijn niet veel artsen die zich daadwerkelijk omkleden tussendoor. Als ze eenmaal hun OK kleding aan hebben blijven ze daarin rondlopen en gaan er zelfs mee naar buiten. Een witte broek en jas had ik al meegenomen vanuit Nederland. Vanmiddag heb ik mijn eigen pak aangeschaft voor op de OK. Een foto hiervan volgt zo spoedig mogelijk, maar ik schrijf deze blog in de bibliotheek van het ziekenhuis, omdat ik nog geen wifi heb in mijn appartement.

Hier begint het terrein van het ziekenhuis:











De ingang van de spoed eisende hulp:






Ze doen hier hard hun best om mij te laten wennen. Toen ik thuis kwam lag m'n straat open, zoals er zo vaak straten opgebroken zijn in Rotterdam.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten